SV | En het geschiedde, als een het timmerhout velde, dat het ijzer in het water viel; en hij riep, en zeide: Ach, mijn heer, want het was geleend. |
WLC | וַיְהִ֤י הָֽאֶחָד֙ מַפִּ֣יל הַקֹּורָ֔ה וְאֶת־הַבַּרְזֶ֖ל נָפַ֣ל אֶל־הַמָּ֑יִם וַיִּצְעַ֥ק וַיֹּ֛אמֶר אֲהָ֥הּ אֲדֹנִ֖י וְה֥וּא שָׁאֽוּל׃ |
Trans. | wayəhî hā’eḥāḏ mapîl haqqwōrâ wə’eṯ-habarəzel nāfal ’el-hammāyim wayyiṣə‘aq wayyō’mer ’ăhāh ’ăḏōnî wəhû’ šā’ûl: |
En het geschiedde, als een het timmerhout velde, dat het ijzer in het water viel; en hij riep, en zeide: Ach, mijn heer, want het was geleend.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En het geschiedde, als een het timmerhout velde, dat het ijzer in het water viel; en hij riep, en zeide: Ach, mijn heer, want het was geleend.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!